Art. 50, 2°: in tegenstelling tot wat deze bepaling vermeldt, heeft ze niet als voorwerp de rechtstreekse opheffing van de wet die wordt vermeld maar wel enkel de datum van inwerkingtreding van de opheffing te bepalen overeenskomstig de machtiging die daartoe aan de Koning werd gegeven door het artikel 32, §2, 2de lid, van de W 19/04/2014 die in de aanhef van dit besluit wordt vermeld. Deze wettelijke bepaling stelt immers dat "De Koning bepaalt de datum van de opheffing van elke bepaling van de in het eerste lid bedoelde wetten". Als de W 10/01/2011 wel expliciet in de lijst van de in artikel 32, §2, eerste lid, van de W 19/04/2014 bedoelde wetten wordt vermeld is het echter niet het geval wat betreft de W 20/05/1975. In zoverre het artikel 50,1°, van dit besluit als voorwerp heeft de datum van inwerkingtreding van deze laatste wet te bepalen (en niet deze zelfde wet op te heffen als onjuist vermeld) ontbeert het bijgevolg de nodige rechtsgrond.